Vakantie 1994. Rondje Noordkaap

De Noordkaap, een kale rots die voor de noordkust van Noorwegen ligt. Op deze rots liggen 3 dorpen en de overtocht met de veerboot duurt 45 minuten. Elk jaar trekken vele duizenden toeristen, meestal met campers of bussen, naar deze rots. Ook vele motorrijders doen een poging om de Noordkaap te halen, voor hen is het een pelgrimstocht. Voor mij met mijn 1-cylinder zou het een echte uitdaging worden en net zoals vorige vakanties zou ik gaan overnachten in jeugdherbergen.

Half juni vertrok ik 's ochtends vroeg met een matig zonnetje. Na een 500 km op de Duitse autowegen was ik blij dat ik bij de Deense grens aankwam. Tot mijn grote verbazing moest iedereen die Denemarken in wou het paspoort laten zien, ik dus ook. De reden is dat Denemarken een verdrag met Noorwegen, Zweden en Finland gesloten heeft, waardoor iedereen vrij kan reizen tussen deze landen.
Het accoord van Schengen is hier dus niet van toepassing. Voordat ik naar Noorwegen ging, bleef ik eerst een aantal dagen in Denemarken. En onder het motto 'voor alles moet een eerste keer zijn' heb ik in Noord-Denemarken nog een 20-tal kilometers over het strand gereden.Op het strand bij BlokhusDit was prachting om een keer te doen, maar ook uiterst vermoeiend. Bij Hirthals ging ik op de boot naar Noorwegen. Op de boot kwam ik in contact met 2 Duitsers die met een Harley-Davidson in 3 weken heen en terug naar de Noordkaap wilden gaan. Ik heb hen voor gek verklaard en was blij dat ik 6 weken de tijd had om de reis te voltooien. Op het moment dat de boot aanlegde, was de spanning tot een hoogtepunt gestegen. Wat zal er gebeuren in Noorwegen en Zweden? Zal ik de Noordkaap halen? Wat voor weer zal het zijn? Hoe zullen de wegen eruit zien?

Bij aankomst bleek het weer in Noorwegen erg goed te zijn en de volgende dag was het zeer goed tour-weer.
De eerste ervaringen met de wegen in Noorwegen waren redelijk. Maar tijdens de eerste 'etappe' werd ik geconfronteerd met het begrip 'Noorse weg-werkzaamheden'. Voordat ik verder ga, zal ik dit begrip eerst even uitleggen.
Men neemt een stuk weg met een lengte tussen de 3 en 40 km. Men haalt er het asfalt af. Vervolgens wacht men een aantal dagen, waarna de weg geégaliseerd wordt met een mengsel van zand, steentjes en stenen. Na een aantal weken begint men met het asfalteren. Tenminste dit idee kreeg ik.

De eerste etappe ging door 'Setesdalen'. Een ideaal beginpunt, want de weg slingerde langs het riviertje 'Otra' door dit dal. Langs de OtraLinks en rechts bergen met de toppen nog gehuld in de sneeuw. Omdat deze 'etappe' niet zo lang was, had ik 's middags tijd om langs het riviertje van de zon en het uitzicht te genieten. 's Avonds werd ik in de jeugdherberg van Hovden aangenaam geconfronteerd met de Noorse keuken. Van mij mocht elke dag er wel zo uit zien.

Maar helaas, het kan snel veranderen, de volgende dag regende het en de beheerder van de jeugdherberg waarschuwde mij dat het verderop maar een paar graden boven nul was. Na wat extra kleren aangetrokken te hebben, ging ik op pad. Na een aantal kilometers hield het op met regenen, Op weg naar Haukeligrendmaar ..... begon het te sneeuwen. Hier had ik niet echt op gerekend en het werd flink afzien.
Niet alleen de sneeuw maakte het rijden lastig, ook de verschillende tunnels. Die dag heb ik meer dan 20 tunnels gehad, in lengte variërend tussen de 1 en de 7 km. En deze tunnels zijn niet te vergelijken met de tunnels in Nederland. Ze zijn niet tot zeer slecht verlicht. Probeer het maar eens om in een niet-verlichte tunnel te rijden, vooral als er in de tunnel ook nog bochten zitten. Aan het einde van de dag nog 40 km over een vlakte gereden, waar een ijskoude wind stond. Ik heb elke km zitten aftellen. De zinnen 'Dit is gekkenwerk' en 'Ik ga naar huis' heb ik een aantal keren uitgesproken. Gelukkig dat een goed verwarmde jeugdherberg in het vooruitschiet lag.
De volgende dag was het goed weer en ging ik weer hoopvol verder. Helaas was de hoop na 2 uur verdwenen, want inmiddels was ik op een zandpad aangeland waar maar geen einde aankwam. Toen ik eindelijk weer asfalt onder de banden had, had ik 60 km over zand en stenen gereden. En kon ik met een schitterende afdaling gaan beginnen.
Na deze afdaling moest ik eerst rusten om van de duizeligheid bij te komen.
Enigzins optimistisch begon ik aan de 'Peer Gynt'-veien, maar het optimisme was van korte duur. "Slechts" 40 km duurde de kombinatie van asfalt, zand, stenen en kuilen. En voor deze weg moet je nog tol betalen ook. De 'Peer Gynt'-veien loopt door een gebied waar een Noorse sage zich afspeelt. Langs deze weg vindt je allerlei verwijzingen naar het verhaal. Ook wordt het verhaal hier in de openlucht gespeeld. Al met al een zware dag.

De volgende dag naar Trondheim. Vroeger was Trondheim de hoofdstad van Noorwegen en hebben er vele koningen in Trondheim gezeteld. Dit heeft tot gevolg dat er vele mooie gebouwen zijn, zoals de Nidaros-dom. Tegenwoordig is het de televisie-stad van Noorwegen. Voor mij was de stad meer het symbool van 'het einde der beschaving'. Vlak buiten Trondheim kwam ik de 2 Duitsers tegen die ik op de boot had leren kennen. Enigszins verbaasd zwaaide ik hen toe. In 1 week konden ze nooit heen en terug geweest zijn. De enige redenen die ik kon bedenken voor een terugtocht waren het weer of de weg. 's Middags begon het te regen en het zou niet eerder droog worden dan over 4 dagen.

Veel jeugdherbergen in Noorwegen zijn oorspronkelijk bedoeld als onderkomens voor scholieren en studenten. Zo ook in Val. Toen ik daar arriveerde was het schooljaar nog niet afgelopen. Die avond was er een afscheids-diner voor de studenten en de leraren. Ik werd uitgenodigd om hierbij aanwezig te zijn. Omdat dit een mooie gelegenheid was om iets van Noorwegen te leren, ging ik hier op in. Tijdens het openingswoord werd ik voorgesteld als ' A special guest from Holland', waarna het eten op tafel kwam. Het eten was heerlijk, maar het is toch een beetje vreemd om het hoofdgerecht 2 x achter elkaar opgediend te krijgen. In Noorwegen blijkt dit normaal te zijn. De volgende dag de rubberen laarzen maar aangetrokken en werd het afzien voor de rest van de dag.

Topografisch middelpuntIk passeerde Mosjø (het middelpunt van Noorwegen) en begon te realiseren dat de Noordkaap nog erg ver was. Gelukkig is de poolcirkel niet ver meer, ongeveer 200 km. Alles is betrekkelijk. De poolcirkelDe poolcirkel in Noorwegen kun je niet missen, een groot toeristen-centrum in 'the middle of nowhere'. Mijn volgende stop zou zijn in Bodø, waar een landelijk motortreffen werd gehouden. Ik begon al serieus te overwegen om naar Zweden toe te gaan.

Ik ben 2 dagen op het treffen gebleven. Toen het droog werd was het voor mij een teken om het treffen te verlaten en om richting de Noordkaap te gaan. Deze was slechts 150 mijl weg. Helaas bleken dit Noorse mijlen te zijn, 1500 km dus.
Volgende stop Narvik. Deze stad viel mij erg tegen, vooral als je een grote levendige stad verwacht. De volgende dag naar Tromsø. In deze plaats was gelukkig genoeg te doen. Dit komt o.a. doordat hier de meest noordelijke universiteit gevestigd is met zo'n 5000 studenten. Dit zal ook wel de reden geweest zijn waarom je in 1 van de winkelcentra een heuse condomerie tegenkwam.
Het uitgangsleven was behoorlijk goed. Daarnaast zijn er genoeg leuke musea te vinden. O.a. over het Noorderlicht, omdat zich in Tromsø 1 van de 3 'Noorderlicht onderzoekscentra' van de wereld bevindt. Verder is er een museum over noordpool, dit omdat vanuit Tromso de meeste pool-expedities gestart zijn.
Dit is de reden waarom Tromsø de bijnaam 'de poort tot de ijszee' heeft. Ik besloot de volgende dag een alternatieve route te nemen.Wachten op een pondjeDit betekent een tweetal veerdiensten. Dit is geen slecht idee, want vanaf een veerboot ziet Noorwegen er minstens zo mooi uit als vanaf een motor.

Hoe verder ik naar het noorden ga, hoe mooier het weer wordt en gelukkig komt de Noordkaap ook steeds dichterbij. Op de weg bestond het meeste verkeer uit bussen en campers met toeristen, waarvan de meesten uit Duitsland kwamen. Af en toe kwam een klein groepje motorrijders mij tegemoet, maar ik kwam geen motorrijders achterop.Alta-fjordIn Alta een bezoek gebracht aan een museum met 42 rots-tekeningen. In deze omgeving zijn er tussen de 3000 en 4000 rotstekeningen te vinden. Sommige zijn zelfs meer dan 6000 jaar oud.

Hier sloeg het noodlot toe. Bij het omdraaien van sleutel krijg ik geen contact. Gelukkig is er in deze plaats een motorzaak. Deze staat onderaan de heuvel. Echter de werkplaats staat bovenop de heuvel, waar ik pas achterkwam toen ik bij de winkel was aangekomen. Achteraf bleek 1 van de polen van de accu afgebroken te zijn. Een nieuwe accu was de enige oplossing. De kleinste accu die ze in voorraad hadden was iets groter dan de originele accu, maar na het weghalen van wat overtollig materiaal bleek de accu te passen en kon ik weer verder.

Eventjes de E6 verlaten om een bezoek te brengen aan Hammerfest. In de meest noordelijke stad kun je lid worden van de IJsberenclub. Er waren mij ruim 143.000 mensen voorgegaan. De weg naar Hammerfest is prachtig. Naast de nodige blinde bochten, was het ook uitkijken voor de rendieren. Het wast voor het eerst tijdens de vakantie dat ik geconfronteerd werd met deze dieren. Dus was het even spannend hoe deze beesten op mijn motor reageren. De meesten raakten in paniek, maar sprongen gelukkig niet op de weg. Hoe noordelijker je komt, hoe talrijker de souvenir-tentjes van de Lappen worden. De Lappen worden ook wel Sami genoemd. De meeste toeristen vinden het prachtig. Ik vond het verschrikkelijk. Zo leken de Lappen meer op derderangs-burgers dan op 'normale'-burgers. Ik wilde met de Lappen omgaan als normale mensen dus ging ik verder.
Bij Olderfjord moet je linksaf.De laatste kilometertjesHet is nu nog slechts 72 km tot de boot die je voor 50 NKR naar Magerøya brengt. Deze 72 km kom je alleen toeristen tegen, maar het blijft een prachtige weg om te rijden. Vooral die ene tunnel met 1 rijstrook en 'passing places' in de tunnel was een belevenis. Of was dit een belevenis omdat het zo koud en klam was in de tunnel? Het water liep langs de muren naar beneden. Op het eiland aangekomen moet je nog 30 km rijden om de Noordkaap te bereiken. De weg en het uitzicht zijn prachtig Het kale eilanden de weg is in zeer goede staat. Als je hier 30 km rijdt in een landschap waar geen boom te vinden is, krijg je het idee dat het einde van de wereld bijna bereikt is.

Na 2 weken en 4500 km verder sta ik voor de poort. Je moet hier 100 NKR betalen om de 'heilige' grond te betreden. Gelukkig was het erg rustig, zodat ik alle tijd had om enkele kaarten te versturen en van de omgeving te genieten, want het was goed weer. Een beetje bewokt maar wel een warme wind. Op zo'n moment vraag je jezelf af of dit het allemaal waard is. En gelukkig kan ik hier ja opzeggen, zeker een eerste keer is het hier arriveren een bijzondere belevenis.Het einddoel
De Noordkaap heeft z'n magische klank niet voor niets.

Aan alles komt een eind, zo ook aan het verblijf op de Noordkaap. In mezelf neuriede ik al optimistisch 'Going home'. Omdat er maar 1 weg naar de Noordkaap leidt, was ik genoodzaakt 100 km terug te rijden. In Lakselv verbleef ik een paar dagen in prachtige jeugdherberg. Ook hier was het eten zeer goed.
Vervolgens ging ik via Karasjok en Kautokeino naar Finland. Kautokeino is de grootste Samische gemeente van Noorwegen. Dit binnenland staat in schril contrast met de kust. De bergen zijn veranderd in heuvels. Hier en daar een meertje en soms wordt de toendra afgewisseld met een bos. Ik heb 40 km door Finland gereden om van Noord-Noorwegen naar Zweden te gaan. De wegen in Finland waren zeer goed. Genomen om 2 uur 's nachtsIn Finland kon ik voor het een wolkenloze middernachtzon bewonderen. Hier kwam ik voor het eerst in aanraking met de 'beroemde' muggen.

De dag erna ben ik de grens naar Zweden overgestoken. Ik besloot om door het binneland van Zweden af te dalen. Dit was een hele rustige weg, maar wel eentonig. 90% van de tijd rij je tussen de bossen. Alhoewel de wegen niet echt breed en comfortabel zijn, is de maximum snelheid voor deze weg 110 km/uur. Met een kruissnelheid van 90 km/uur schoot ik in ieder geval wel mooi op, daardoor heb ik de planning een beetje bijgesteld, want ik kon nu 4 dagen eerder in het zuiden van Zweden zijn. De eerste dag in Zweden was ook een 'muggendag'. Maar de temperatuur was er dan ook naar, het was rond de 25 graden. De tweede dag werd ik geconfronteerd met 2 x 20 km wegopbreking. Inmiddels had ik een ruime ervaring opgedaan, toch blijkt 20 km erg lang te zijn. Slechts 2 dagen heb ik 'last' gehad van de muggen, maar ze hebben mij wel opgezadeld met een 25-tal steken. Moest ik ook maar niet met een t-shirt door de bos heen lopen.
Na 10 dagen verliet ik het gebied boven de poolcirkel. Al moest in in Zweden goed opletten waar de poolcirkel was, want hier staat i.p.v. een toeristencentrum alleen maar een bord. Deze had ik dus ook bijna gemist. Na rendieren moest ik ook een paar keer in de remmen voor vossen. Een eland bleek nog een potentiëel probleem te vormen, omdat hij (of zij) niet van de weg af wou gaanWeer eens wat anders dan een eend op de weg, er om heen was dus de enige mogelijkheid.

Ondertussen was ik in het midden van Zweden terecht gekomen en begon het landschap te veranderen en ook de hoeveelheid verkeer op de weg. I.p.v. de campers en bussen zoals in Noorwegen, blijken het hier vooral Saabs en Volvo's te zijn. Maar ook oude Amerikaanse auto's en Amerikaanse 'custom cars' zijn erg in trek. De jeugdherberg in Borgsjø is een belevenis. Het is gelegen in een soort van openlucht museum. Kort voor mijn aankomst was er nog een voorstelling gegeven in het openlucht©theater dat zich daar ook bevindt. Het aantal meren wat ik inmiddels tegen was gekomen overtrof mijn verwachtingen. Ik weet dat Finland het land van de duizend meren genoemd wordt, maar ik denk dat Zweden ook wel duizend meren heeft. De weg van Borgsø naar Orsa via Bolnøs en de weg van Kopparberg naar Karlstad zijn 2 schitterende wegen om te rijden, lekker rustig en een schitterende omgeving zorgen hiervoor. Karlstad heeft als bijnaam 'de stad van de zon'. Het was er 30 graden toen ik er was. Echter Karlstad heeft die bijnaam niet vanwege deze dag gekregen, maar n.a.v. een herbergbediende, Eva Lisa Holtz. Zij stond bekend om haar schoonheid en opgewektheid. Natuurlijk is er een beeld van haar terug te vinden. In Karlstad staat tevens de langste stenen brug van Zweden.

Na Karlstad was het de beurt aan Ørebro. In het oude centrum vindt je het kasteel. Vanaf het kasteel kun je langs de rivier naar 'Wadkoping' lopen. In dit stadsdeel gebeurt alles nog op ambachtelijke wijze. 's Avonds overnachtte ik in een hospitaal, tenminste dat was de vorige funktie van de jeugdherberg in Ørebro. Echter in Zweden kun je in nog vreemdere jeugdherbergen overnachten, wat dacht je van een gevangenis (Stockholm), zeilschip (Stockholm) of een trein (Malmø).

'Indien je in Zweden bent, dan moet je ook naar Stockholm gaan', tenminste dat hadden mensen mij verteld. Dus werd de volgende bestemming Stockholm. Een van de eerste dingen die mij opvielen in Stockholm was de hoeveelheid water en de mooie oude gebouwen. Avond in StockholmStockholm werd ruim 700 jaar geleden gesticht op een eiland dat 'Gamla Stan' werd genoemd. Nog steeds is dit eiland het kloppend hart van Stockholm. Het is slechts een van de vele eilanden die tegenwoordig deel uitmaken van Stockholm.Gamla StanIndien het mooi weer is, is een bezoek aan Drottningsholms Slott de moeite waard. Vanuit het centrum kun je met een boot naar dit paleis gaan. Sinds 1981 is hier de koninklijke familie van Zweden gevestigd, maar een groot deel van het paleis is opengesteld voor het publiek.
Achter het paleis is de schitterende paleistuin, die ook voor het publiek is opengesteld. Daarnaast heeft dit paleis een eigen theater. Een andere bezienswaardigheid in Stockholm is het 'Vasa Museet', het Wasa-museum. In 1956 werd in de haven van Stockholm het schip de Vasa teruggevonden. Dit schap was gezonken toen het voor het eerst de zeilen opzette. Het schip is zo goed geconserveerd gebleven, dat het nu bijna compleet in het museum staat. Dit museum geeft verder een goed beeld hoe het er rond 1628 geleefd werd in Zweden.
Na Stockholm ging de reis verder naar het zuidenom uiteindelijk te eindigen in Helsingborg. Aan de andere kant van het water zie je Denemarken al liggen. Ik realiseer mij hier dat de Noordkaap door Zweden makkelijker en sneller te bereiken is dan door Noorwegen.

De overtocht naar Helsingør duurt 20 minuten, bij aankomst op het Deense eiland Seeland kun je het prachtige 'Kronborg Castle' al zien.HelsingørVervolgens naar Kopenhagen, waar ook genoeg te zien is. Van de kleine zeemeermin tot Tivoli.
Maar ook Amalienborg, de verblijfplaats van de Deense koninklijke familie, en het Rosenborg Slott zijn een bezoekje waard. Het Rosenborg Slott is al een aantal eeuwen in gebruik als het museum van de koninklijke familie. In de kelder kun je de Deense kroonjuwelen zien. Aan de andere kant van het eiland ligt Korsør. Hier wordt gewerkt aan een vaste oeververbinding over de Grote Belt. Dit projekt bestaat uit 3 delen. Het meest imposante deel is de oostbrug.
De hoogste pijler moet 260 meter boven de zeespiegel uitsteken. Dit noem ik pas horizonvervuiling. Daar staat tegenover, dat straks de oversteek slechts 10 minuten duurt, i.p.v. het uur dt je er nu voor uit moet trekken. Na de overtocht kom je op het eiland 'Fynen' terecht. Op dit eiland ligt de plaats Odense. In deze plaats is de sprookjesschrijver Hans Christian Andersen geboren. Hij heeft o.a. het sprookje 'Het lelijke eendje' geschreven. Enkele kilometers naar het zuiden ligt Egeskov Castle. Dit kasteel is gebouwd in de 16e eeuw. Naast de kasteel en de tuin bevindt zich op het terrein ook nog een aantal musea met o.a. motoren en auto's.

Na 5 weken moest dan nog het laatste stukje over de Duitse autowegen afgerond worden. Maar na de afstanden die ik in het noorden heb gehad, is dit geen probleem. Na 9100 km heb ik het 'rondje' Noordkaap afgerond en moet ik stilletjes naar een nieuwe uitdaging gaan zoeken.